Biography
download bio Marloeke.pdf CV_MarloekevanderVlugt.pdf
Marloeke van der Vlugt studied Theatre Science at the University of Amsterdam. In 1997 she graduated - cum laude - with an artistic research of the relationship between costume, scenography, video and movement. During (and right after) this period she studied Scenography at Goldsmith’s Academy, Choreology at the Laban Center (both in London) and specialised herself in camera, editing and programming. At the same time she founded the performers’ group LOENA and created a number of multimedial dance-performances that toured the Netherlands. As a scenographer and videomaker she was invited to work with a number of (inter)national directors and theatre groups (like TG Space). Van der Vlugt was selected twice to present her work at The Prague Quadrennial of Performance Design and Space.
In 2006, Van der Vlugt was granted a scholarship to study at Dasarts, Advanced Studies in the Performing Arts. There she conceived a range of works researching the artistic possibilities of new technologies, like multiplayer online worlds and sensor technology, all in relation to embodiment. She graduated with the interactive performative installation Series Patchmaker No. 1 ‘Marloeke, 1971’ in which the body as interface became the central focal point.
As a freelance artistic adviser and concept developer for Waag Society, from 2007 on, she co-created the interactive route Rituals using the locative media platform 7scenes. She was involved in the development of StoryBOX (in Dutch called Spelfabriek) that facilitates game-based language learning. More recently she worked on the 4-year EU funded project meSch with the goal of co-designing novel platforms for the creation of tangible, interactive exhibits at heritage sites.
She was adviser of the The Performing Arts Fund NL in Den Hague and the Dutch Cultural Media Fund in Amsterdam. As a lecturer, researcher and tutor she is currently working at the HKU University of the Arts in Utrecht.
As a member of the Research Centre Performative Processes of the HKU she will continue the research of the possibilities of ‘interactive spaces’ in which the audience can interact through sensory objects and electronic / smart textiles with themselves, each other and their environment with the ultimate goal of becoming the (co-) performer.
Dutch:
Marloeke van der Vlugt (1971) studeerde Theaterwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. In 1997 behaalde zij cum laude haar doctoraal met een praktisch onderzoek naar de relatie tussen kostuum, decor, video en dans. Daarnaast studeerde zij scenografie aan de Goldsmith’s Academy, choreografie aan het Laban Center, beide te Londen en volgde zij diverse videocamera- en montagecursussen. Thans werkt zij als maker en vormgeefster van verschillende audiovisuele en theatrale producties / installaties.
Ze was adviseur voor het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ in Den Haag en het Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Mediaproducties in Amsterdam. Als docent was ze onder meer verbonden aan de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht en het Frank Mohrinstituut in Groningen.
Na 4 jaar als kernlid van theatergroep Space, begon ze in 2006 haar studie aan Dasarts, Advanced Studies in the Performing Arts, met als doel de mogelijkheden van video en technologie binnen een theatrale setting te onderzoeken en uit te breiden. Het eerste jaar onderzocht ze de theatrale en beeldende mogelijkheden van de Multiplayer Online World ‘Second Life’. Dit onderzoek resulteerde in de film ‘My Cave’ en de voorstelling AKI ANNE. In samenwerking met Waag Society ontwikkelde zij vervolgens een interactieve route met mobiele telefoons, waarbij gebruik werd gemaakt van het ’locative media platform 7scenes’.
Ze studeerde af met de interactieve installatie ‘Series Patchmaker, no 1. Marloeke, 1971’. In deze – verder uit te breiden - reeks installaties staat het menselijk lichaam als interface centraal en worden de mogelijkheden van diverse sensoren, electronic textiles, huidgeleiding, electric field sensing en augmented reality onderzocht. In 2011 werd No. 1 uitgewerkt tot de voorstelling DUETTEN waarin publiek en danser elkaar treffen en verleiden tot fysieke interactie.
Artistiek statement
In mijn werk staat het lichaam in al z’n facetten centraal. Letterlijk en figuurlijk.
Mijn werk probeert steeds de natuurlijke barrières van het lichaam ter discussie te stellen. Het onderzoekt de relatie die we met ons lichaam hebben. Hoe en in hoeverre kunnen we het lichaam manipuleren?
Hoe kunnen we het als een instrument / interface gebruiken om ons tot de buitenwereld te verhouden?
Kunnen we zowel mentaal, fysiek als spiritueel de grenzen van het lichaam overschrijden of zelfs opheffen? Welke nieuwe ervaringen kunnen we het geven? Kunnen we de zintuigen uitbreiden? Kunnen we de huid oprekken, uitvouwen of open laten barsten? Kunnen we fysieke sensaties op afstand beleven (mobiele huid)?
In mijn performatieve installaties creëer ik hiervoor ruimtes die een directe, vaak fysieke relatie met het lichaam van het publiek aangaan. De ruimtes hebben:
-een menselijke maat; ik neem het menselijk lichaam en maat als uitgangspunt voor mijn ruimtes. Dat wat de ruimte moet oproepen aan gevoel en betekenis ontstaat pas wanneer er ‘een persoon’ binnenloopt. De ruimte communiceert in directe relatie tot het lichaam. Er wordt zo een nieuw universum gecreëerd dat zeer herkenbaar blijft.
Ruimte en publiek/performers blijven elkaar op directe wijze en continu beïnvloeden. Het beeld roept altijd een reactie op van de performers en de performers zijn van invloed op het beeld of transformeren het zelfs.
-een grafische, geometrische, heldere stijl; naast mijn persoonlijke smaak is ook het contrast met het organische menselijk lichaam dat ik hiermee bereik van groot belang. Ruimte en lichaam benadrukken elkaar.
Technologie, met name interactieve video, licht en audio, speelt altijd een grote rol. De manier waarop ik deze inzet stimuleert een actieve houding bij het publiek. Die wordt uitgedaagd ‘het verhaal’ mede te creëren. Hierbij is ‘het met name een verdienste dat de technologie niet de beperkende factor in de ervaring is, terwijl die wel de grenzen van onze zintuiglijkheid laat zien’ (Lucas Evers, Head of Programme, De Waag, citaat over Series Patchmaker, no.1).